Doelstelling van het dieet:
Vermijden van té snelle passage van het voedsel door het maag- darmkanaal (vroege dumping).
Vermijden van het ontstaan van reactieve hypoglycemie (late dumping).
Raadgevingen:
- Eet rustig en kauw goed.
- Neem kleine maaltijden (6 tot 8), goed verspreid over de dag.
- Neem droge maaltijden, 30’ voor of na de maaltijd drinken (soms is één glas vocht tijdens de maaltijd mogelijk).
- Vermijd snelresorbeerbare suikers (druivensuiker, suiker, suikerwaren, gesuikerde gerechten en gesuikerde dranken). Men vindt deze in volgende voedingsmiddelen: witte suiker, bruine suiker, rietsuiker, honing, kandijsiroop, jam, confituur, peperkoek, ijs, chocolade, marsepein, snoep, gebak, koekjes krentendeeg, limonade, cola, bier, wijn, likeur, jenever, cider, aperitieven, grenadine, druiven, gedroogde vruchten (abrikozen, dadels, vijgen, krenten, pruimen, rozijnen), gekonfijte vruchten, vruchtenconserven, gesuikerde diepvriesvruchten. zuurzoete groenten, melkbrood, suikerbrood, krentenbrood, sandwiches, boterkoeken, brioches, gesuikerde melkbereidingen.
- Vervang suiker door zoetmiddel: bv. Canderel, Hermesetas gold, Natrena aspartaam, Hermesetas, Natrena, Natrena S, Sucorose.
- Gebruik tijdens elke maaltijd traagresorbeerbare koolhydraten: volkorenbrood, roggebrood, bruin brood, wit brood, ongesuikerde broodjes, beschuit, toast, stokbrood, aardappelen, rijst of deegwaren (volkoren), peulvruchten, bindmiddel, yoghurt, karnemelk, melk (indien verteerbaar), groenten, fruit.
- Melk, pap en vla worden vaak slecht verdragen. Yoghurt en karnemelk daarentegen meestal beter.
- Gebruik voldoende voedingsvezel. Deze zijn aanwezig in: aardappelen, groenten, fruit, noten, peulvruchten en volle graanprodukten.
- Gebruik matig: bleekselder, rabarber, andijvie, asperges, citrusfruit, perziken, nectarines, mango, ananas.
- Tracht, naast al de vorige maatregelen, een gezonde, gevarieerde voeding met voldoende energie samen te stellen.